Dutch updates

This commit is contained in:
Jamie Cameron
2012-03-09 16:29:47 -08:00
parent 9bc4e6edef
commit 5ce1fa1be4
463 changed files with 7552 additions and 584 deletions

View File

@ -0,0 +1,24 @@
<header>LDAP Toegang Controle</header>
Standaard zal een LDAP server iedere client toelaten die kan verbinden met
objecten en attributen in de database om deze te lezen. Echter alleen de
administratie gebruiker kan updates uitvoeren. Dit kan niet handig zijn voor
netwerken die gebruikers heeft op verschillende betrouwbare niveaus.
Daarom geeft OpenLDAP u de mogelijkheid om diverse toegang niveaus toe te kennen
aan verschillende gebruikers die op verschillende delen van de database toegang
moeten hebben. <p>
Deze pagina geeft een lijst weer van alle toegang controle regels die op dit
moment zijn gedefinieerd, indien die er zijn. Om een nieuwe aan te maken
klikt u op de <b>Voeg een nieuwe toegang controle regel toe</b> link.
Om 1 of meerdere tegelijk te verwijderen vinkt u deze aan in de box naast de
regels en klikt u op de <b>Verwijder Geselecteerde Regels</b> knop.
Om de volgorde van de regels te veranderen gebruikt u de (omhoog/omlaag) pijltjes
knoppen die zich aan de rechterzijde van de tabel bevinden. <p>
Net zoals met de meeste andere LDAP server configuratie wijzigingen moet u eerst
op de <b>Configuratie Toevoegen</b> knop klikken op de module hoofd pagina om
de wijzigingen actief te maken. <p>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,38 @@
<header>Doorzoek Database</header>
Met deze pagina kunt u navigeren door de hierarchie van de objecten die zich
in uw LDAP database bevinden, en attributen en objecten aanmaken en
verwijderen.
De DN van het object wat word beheerd word altijd getoond in het <b>Zoek</b>
veld. Om snel naar een ander object te kunnen navigeren vult u een nieuwe DN
in en klikt u op <b>Tonen</b>.
Om omhoog te gaan in de hierarchie klikt u op <b>Doorzoek Ouder</b>. <p>
De rest van de pagina is verdeeld in 2 delen :
<dl>
<dt><b>Kinder objecten</b>
<dd>Deze tabel geeft een lijst weer van alle objecten onder de huidige.
U kunt een sub-object bewerken door te klikken op zijn DN, of objecten
verwijderen door een vinkje te zetten met de muis en dan op de
<b>Verwijder Geselecteerde Kinderen</b> knop te klikken. Om een DN te wijzigen
van een sub-object klikt u op de <b>Hernoem</b> link en vult u een nieuwe
DN in het veld dat dan verschijnt. <p>
Als u klikt op <b>Nieuw sub-object toevoegen</b> zult u een nieuwe formulier
krijgen waar u de details kunt invullen van een nieuw leeg object die zich
onder het huidige object bevind. <p>
<dt><b>Object attributen</b>
<dd>Deze tabel geeft een lijst weer van alle attributen van het huidige.
Om de waardes ervan te bewerken klikt u op de <b>Bewerk</b> link aan de
rechterzijde. Om attributen te verwijderen zet u een vinkje met de muis
in de boxen ernaast en klikt u op de <b>Verwijder Geselecteerde Attributen</b>
knop. In beide gevallen zal de LDAP server beperkingen afdwingen op de
toegestane en vereiste kenmerken voor de klasse van het object. <p>
Een nieuwe attributen kan worden aangemaakt door te klikken op de
<b>Attributen toevoegen aan object</b> link, die een veld zal tonen om een
naam en waarde in te vullen.
<p>
</dl>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,28 @@
<header>Toegang Controle Regel</header>
Met deze pagina kunt u een enkele toegang controle regel aanmaken of bewerken.
Het eerste gedeelte <b>Objecten worden toegekend<b> bepaald aan welke DNs in
uw database de regel word toegevoegd. U kunt kiezen om te selecteren voor
<b>Alle objecten</b> voor de gehele database of voor <b>Object met DN</b> voor
objecten die overeenkomen met wat u invult in het aangrenzende veld. <p>
Het <b>overeenkomende soort</b> menu bepaald of de regel word toegevoegd alleen
aan dit object, de objecten eronder of dat de DN word behandeld als een reguliere
expressie. Verder kunt u bepalen welke objecten worden toegekend door het
invullen van een LDAP filter in het <b>Limiet met object filter</b> veld,
zoals <i>(objectClass=posixAccount)</i>. <p>
<hr>
Het tweede gedeelte van de pagina is een tabel om te selecteren welke LDAP
gebruiker toegang hebben tot de objecten. Hier kunt u ook kiezen voor de
algemene gebruikers klassen in het <b>Toegang toekennen aan</b> menu, of
u kiest <b>Andere</b> en vult vervolgens een specifieke DN in. <p>
Het <b>Toegang niveau</b> menu bepaald wat deze gebruikers mogen doen met
de objecten. De lagere en krachtigere niveaus mogen alles doen wat daarboven
uitgevoerd kan worden, dus een gebruiker met <b>Schrijf</b> toegang mag
ook <b>Lezen</b> en <b>Zoeken</b>. <p>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,24 @@
<header>LDAP Server</header>
Met deze module kunt u de OpenLDAP directory server configureren en de objecten
beheren in zijn database. Ervan uitgaande dat u een LDAP server heeft
geinstalleerd op hetzelfde systeem als waar Webmin geinstalleerd is.
De hoofd pagina laat iconen zien waarmee u de server configuratie kunt bewerken
en de database mee kunt beheren. Indien de module zo is geconfigureerd dat u
een remote LDAP server beheerd zal alleen iconen laten zien om toegang te
krijgen tot de database. <p>
U kunt bepalen of het een lokale of een remote server moet beheren door te
klikken op de <b>Module Config</b> link. Alleen wanneer u een lokale server
beheerd zult u een pagina krijgen om configuratie files te bewerken en om het
OpenLDAP server proces te stoppen, starten en te herstarten. <p>
Indien u alleen Unix gebruikers en groepen wilt beheren in uw LDAP database
moet u kijken bij de <b>LDAP Gebruikers en Groepen</b> module die u vind
in de Webmin <b>Systeem</b> categorie. Wilt u het systeem configureren om
gebruikers en groepen op te halen van een lokale of remote LDAP server kunt
u het beste de <b>LDAP Client</b> module gebruiken, ook deze module vind u
in de Webmin <b>Systeem</b> categorie. <p>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,14 @@
<header>Objecten maken</header>
Met deze pagina kunt u een nieuw object aanmaken onder een ouder object. U
moet op zijn minst het DN achtervoegsel invullen voor het object,
zoals <i>dc=people</i>, en 1 of meerdere object klassen zoals <i>top</i>. <p>
Als het object oorspronkelijke attributen moet hebben (dit is nodig bij de
meeste klassen), moeten deze worden ingevuld in de <b>Andere attributen</b> tabel.
Indien de benodigde attributen ontbreken (of er zijn niet toegestane attributen
opgegeven) zal er een foutmelding worden getoond zodra u op de <b>Maken</b> knop
klikt. <p>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,30 @@
<header>Beheer Schema</header>
Het LDAP schema bepaald welke object klassen en attributen kunnen worden
opgeslagen in uw LDAP database. Met deze pagina bepaald u welke schema soorten
worden ondersteund door uw server door middel van te klikken in de checkbox
die naast iedere schema file naam staat.
Zodra u veranderingen heeft gemaakt klikt u op de <b>Opslaan</b> knop om uw
the OpenLDAP configuratie file te updaten, daarna klikt u op de
<b>Configuratie Toevoegen</b> knop op de hoofd pagina om het te activeren. <p>
Wees erg voorzichtig met het de-selecteren van bestaande schema files omdat u
de werking van de LDAP server breekt indien er reeds objecten bestaan in de
database die de attributen gebruiken zoals die gedefinieerd zijn in de files.
Het <b>hoofd</b> schema bevat de meeste basis LDAP klassen en kan niet
ge-de-selecteert worden. <p>
De volgorde van de schema's is erg belangrijk, omdat schema's die later gemaakt
worden alleen kunnen verwijzen naar attributen die al eerder gemaakt waren.
U kunt de volgorde wijzigen op deze pagina met behulp van de pijltjes knoppen
waarmee u een schema omhoog of omlaag kunt verplaatsen.
Echter ook hiermee moet u zeer voorzichtig zijn voor bestaande schema's om te
voorkomen dat u de LDAP database breekt. <p>
Indien u wilt zien welke klassen en attributen een schema definieert kunt u
klikken op zijn <b>Overzicht</b> link.
Als u bekent bent met het schema formaat en u een file wilt bewerken kunt u
klikken op <b>Bewerken</b>. <p>
<footer>

View File

@ -0,0 +1,39 @@
<header>OpenLDAP Server Configuratie</header>
Met deze pagina kunt u de globale instellingen configureren voor uw
OpenLDAP server, zoals de root DN voor de database, administratie inlog,
cache grote en de SSL certificaten.
De meest gebruikte velden zijn :
<dl>
<dt><b>Root DN voor LDAP database</b>
<dd>Dit veld is om de DN (correcte naam) in te vullen waaronder alle objecten
in uw LDAP database moeten worden opgeslagen. Normaal gesproken zou u dit
moeten wijzigen in de naam van uw bedrijf of organisatie,
zoals <i>dc=uwbedrijf,dc=com</i>. Maar u bent vrij om hier alles in te
wat u wilt zolang het maar in het juiste formaat is. <p>
<dt><b>Administratie DN inlog</b>
<dd>Dit is de <tt>root</tt> gebruiker van uw LDAP database. Het moet een DN
zijn die onder uw root is gezet in het veld hierboven,
zoals <i>cn=Manager,dc=uwbedrijf,dc=com</i>. <p>
<dt><b>Administratie wachtwoord</b>
<dd>Dit veld toont het huidige wachtwoord (mogelijk versleuteld), en een optie
om een nieuwe in te vullen. Indien u het wachtwoord verandert zal de module
deze automatisch gebruiken zodra u verbinding wilt maken met de database
om wijzigingen te gaan maken. <p>
</dl>
Alle wijzigingen die u maakt op deze pagina worden niet eerder actief totdat u
op de <b>Configuratie Toevoegen</b> knop klikt op de module's hoofd pagina. <p>
Als u wilt dat uw LDAP server TLS versleutelde verbindingen accepteert moet u
eerst een SSL certificaat en publieke sleutel genereren. Dit kan over het
algemeen automatisch uitgevoerd worden door te klikken op de
<b>Genereer SSL Certificaat</b> knop onderaan deze pagina.
<p>
<footer>